Joost Barendrecht
De 3 V's: Verbinden, Vergroenen én Vogels
Door Wout Zellenrath
25-11-2022
Wat een heerlijke wandeling heb ik vorige week gemaakt met Joost Barendrecht. Een ‘thuiswedstrijd’ dit keer want ik kon in de Haagse Beemden blijven; de vierde bergboezem om precies te zijn.
Bij Joost is ‘verbinding’ het centrale woord. In letterlijke zin, door het verbinden van Zuid en Noord met de Nieuwe Mark, maar ook figuurlijk, als het gaat om de verbinding tussen mens en natuur.
Terugkijkend op het gesprek heb ik me nog meermaals afgevraagd: Heb ik nou een interview afgenomen of een mini-college ‘Vogelarij en andere vergroening’ gekregen (en dat bedoel ik als compliment). Wat een kennis heeft deze man! Lees hieronder zijn verhaal en pik tussendoor wat tips op over het herkennen van vogels.
Vogels spotten in de polder
Joost begint: “We waren net verhuisd. Ik herinner me nog de eerste keer dat ik een rondje ging fietsen door de polder hier. Ik was zo enorm verrast door wat een mooi gebied het was! De sloten stonden vol bloeiende planten en er waren heel veel vogels te zien… De vierde bergboezem was er nog niet, maar het fietspad langs de Mark liep er al wel en het Haagsebeemdenbos bestond natuurlijk ook al. En in de loop van de tijd, want ik ben nogal een vogelaar, heb ik hier meer dan 150 vogels gespot!”
De uilen hoor je vooral. Joost vertelt dat hij het onderscheid vooral heeft geleerd sinds hij hier woont. “De eerste keer dat ik een kerkuil hoorde dacht ik dat het een brulkikker was. Die heeft echt een heel gekke schreeuw. Er zit ook ieder jaar wel een nestje jonge ransuilen. Die hebben dan weer een heel kenmerkende roep. Dat is meer een soort piepende deur.”
“En toen kwam op een gegeven moment de vierde bergboezem erbij en dan zie je direct dat er weer heel veel nieuwe vogelsoorten komen. Zeker de eerste jaren zie je direct allerlei vogelsoorten die daar direct op afkomen.” Precies wat Joost ook hoopt te bewerkstelligen op andere plekken in Breda, nu de Mark wordt doorgetrokken.
Pionierswerk
We praten nog wat door over zijn werk, terwijl Joost me steeds weer verrast met hoe hij kan vertellen en luisteren tegelijk. Het gebeurt meerdere keren dat hij zijn verhaal onderbreekt voor een “oh hoor je dat hoge piepje, dat zijn sijsjes” of “hoor je die? Dat is de cetti's zanger”.
Na zijn studie Milieuhygiëne gaat Joost aan de slag bij een advies- en ingenieursbureau. Wanneer hij hier is doorgegroeid tot directieniveau besluit hij dat hij weer meer met de inhoud aan de slag wil. Duurzame gebiedsontwikkeling is op dat moment in opkomst en hier wil hij zich in vast bijten, maar dan wel als zelfstandig ondernemer. Want, zo zegt hij: “Dan kun je veel meer écht pionierswerk doen”.
Samenwerken en verbinden
Als zelfstandige komt Joost al vrij snel in aanraking met IVN en Natuurplein Baronie. Natuurplein Baronie is een samenwerking van de natuur- en milieuverenigingen in de Baronie-regio, denk daarbij bijvoorbeeld aan de West-Brabantse vogelwerkgroep, Markkant en het bijenhouderscollectief.
Namens al deze partijen is Joost ‘coördinator beginspraak’. Zijn doel daarbij is om te zorgen dat milieubelangen al in een vroeg stadium aan bod komen bij bijvoorbeeld nieuwbouwprojecten, agrarische ontwikkelingen of omgevingsvisies. Net als Iris Blom in een vorig gesprek aangaf, benoemt ook Joost dat projectontwikkelaars steeds meer open staan voor natuurinclusief bouwen. Dat past natuurlijk helemaal bij een stad in een park.
Breda, Stad in een Park
Binnen de stichting is Joost actief als penningmeester en aanjager van het behalen van de National Park City-status. Daarover vertelt Joost: “Het gaat namelijk vooral om mensen betrekken en zorgen dat mensen met natuur aan de slag gaan, maar ook mensen bewust maken van de waarde van natuur.”
Ondertussen vliegt een reiger weg en horen we een Vlaamse gaai.
“Hoe meer ik ermee bezig ben, hoe meer ik me verwonder over hoe alles met elkaar verbonden is. Ik wil mensen helpen dat ook te ontdekken en daarmee de waarde van de natuur in te zien en daarnaar te handelen.”
Breda Stad in een Park betekent voor Joost vooral dat we de stad gaan zien als (onderdeel van) een natuurgebied. “Uiteindelijk pakken de dieren en planten hun kans wel. Maar als mensen moeten we anders kijken om die dieren en planten de ruimte te geven.” De stichting heeft wat hem betreft dan ook vooral een rol om te stimuleren dat mensen bewust zijn van en nadenken over wat ze zelf kunnen doen.
Is dat dan ooit af? “Nee misschien niet. 2030 is ook maar een stip op de horizon. Het houdt in principe nooit op. Maar er zijn al zoveel goede aanknopingspunten! Eerder noemde ik al de natuurinclusieve bouwprojecten, maar denk bijvoorbeeld ook aan het bermbeheer waar je al echt verschil ziet ontstaan.”
Heb je nog niet genoeg gelezen over Joost? Mooi! Klik dan hier voor zijn verhaal over het doortrekken van de Mark en de rol van de groene kades bij dat project.